Fernando Alonso geeft zijn mening over de nieuwe technische regels voor het Formule 1-seizoen 2026 en maakt zich zorgen over de inhaalmogelijkheden
Voor het komende seizoen 2026 wordt in de Formule 1 een nieuw technisch reglement ingevoerd. Het belangrijkste punt van de wijzigingen is dat de verstelbare achtervleugel, bekend als Drag Reduction System (DRS), wordt afgeschaft. In plaats daarvan worden twee nieuwe systemen geïntroduceerd: ten eerste het override-systeem, dat meer batterijvermogen beschikbaar stelt, en ten tweede actieve aerodynamica.
Fernando Alonso, wiens eerste seizoen als vaste Formule 1-coureur bij de aanstaande wijziging van het reglement alweer 25 jaar geleden zal zijn, twijfelt op dit moment of de wijzigingen echt hun doel zullen bereiken, namelijk zorgen voor meer inhaalmanoeuvres en daarmee voor spannendere races.
Op de vraag of de auto’s van 2026 fundamenteel anders zullen zijn dan de auto’s waarmee hij tijdens zijn Formule 1-carrière tot nu toe heeft gereden, antwoordt Alonso: “Ik denk het niet. Ik denk dat uiteindelijk de auto en de sport in wezen hetzelfde blijven. Het blijft een race tegen de klok en een race tegen je concurrenten.”
“Ik denk niet dat het te maken zal hebben met een ander prestatievermogen van de auto”, aldus Alonso. “Misschien met iets minder grip, omdat de downforce volgens de regels lager zal zijn. De enige vraag die ik me stel, betreft de inhaalmogelijkheden. Dat is naar mijn mening nog een open punt.”
De zorg van de tweevoudig Formule 1-wereldkampioen is: “Als je de regels leest en in de simulator rijdt, mag iedereen op de rechte stukken DRS gebruiken, zowel de voorligger als de achterligger. Er is dus geen echte mogelijkheid om een verschil te maken.”
‘Tenzij’, vervolgt Alonso, “je op dat rechte stuk veel energie verbruikt. Maar als je die energie verbruikt, betaal je daar de prijs voor op het volgende rechte stuk. Misschien word je dan weer ingehaald door de auto die je net hebt ingehaald.“
Op de vraag of dit slim rijden vereist, voegt Alonso toe: ”Of je probeert helemaal niet in te halen als je op het volgende rechte stuk tijd verliest omdat je zelf wordt ingehaald. Het kan dus zijn dat er helemaal geen prikkel is om in te halen, omdat beide tijd zouden verliezen.”
“Maar”, vervolgt de wereldkampioen van 2005 en 2006, “dat is slechts een eerste gedachte. Ik denk dat het moeilijk te voorspellen is zolang de auto’s niet op het circuit zijn en we niet echt zien hoeveel energie er per inhaalmanoeuvre nodig is.”
“En ik denk dat de banden het belangrijkste zullen zijn. Als we een race hebben met drie of vier pitstops, dan heb je vanwege het verschil in bandenprestaties, bijvoorbeeld ten opzichte van iemand met slechts één pitstop, geen energie en geen DRS nodig. Je haalt dan gewoon meteen in in de ronde na de pitstop.”
“Ik denk dus dat de banden het belangrijkste onderwerp zullen zijn om het inhalen te verbeteren. Als ze slijten en meerdere pitstops vereisen. Dat is waarschijnlijk wat wij als toeschouwers willen in het belang van de show”, aldus Alonso.
