Oldie-boom in de Formule 1? Wat oud-kampioen Fernando Alonso ervan vindt dat het voordeel van routine en ervaring in de nieuwe F1-film extreem wordt uitgebuit
De Hollywood-kaskraker “F1” blijft een groot publiek naar de bioscopen lokken, waaronder natuurlijk ook veel kijkers die anders niet zo veel met de koningsklasse te maken hebben. Voor veel van deze nieuwkomers zou echter, net als in de afgelopen jaren door de hype rond de Netflix-documentaire “Drive to Survive”, een deels vertekend beeld kunnen ontstaan van wat er in de echte Formule 1 gebeurt en hoe het werkt.
Hoofdrolspeler Brad Pitt, inmiddels 61 jaar oud, speelt namelijk een raceveteraan die na een lange pauze terugkeert in de Formule 1 – en dat ook nog eens met succes. Veel fans hadden kritiek op deze onrealistische verhaallijn.
Hoewel onlangs in Silverstone met Nico Hülkenberg en zijn eerste F1-podium op 37-jarige leeftijd ook in werkelijkheid een klein oldtimer-sprookje uitkwam, wilde een journalist in Spa weten of dit geen verkeerde indruk zou geven aan de nieuwe generatie kijkers. Of dat het, gezien de benodigde ervaring, juist een goed moment is voor routiniers in de sport?
Alonso: “In de winter iets speciaals gegeten”
Een vraag die op het lijf geschreven is van oud-kampioen Fernando Alonso, met 44 jaar de oudste coureur in het veld: “Eerlijk gezegd denk ik niet dat Nico of wij ons al te veel aantrekken van wat de volgende generatie fans denkt. We proberen gewoon races te winnen, zo goed mogelijk met ons team samen te werken en prestaties te leveren“, zegt Alonso over de verwachtingen van het publiek.
”De fans en de kijkers voor de tv zien niet het hele plaatje – ze kunnen niet het volledige verschil tussen de auto’s zien of wat er op de achtergrond gebeurt”, meent de Spanjaard.
“Als Nico en ik volgend jaar een auto hebben waarmee we kunnen winnen, acht races op rij winnen en strijden om het kampioenschap, dan denken mensen misschien dat we in de winter iets speciaals hebben gegeten of een nieuw trainingsprogramma hebben gevolgd – of dat we plotseling beter zijn gaan rijden. Maar dat is niet de realiteit”, zegt Alonso.
“We trainen elke dag, eten elke dag, reizen elke dag, gaan elke dag in de simulator. We werken elke dag om samen met ons team beter te worden”, aldus de Aston Martin-coureur: “Als we dan succes boeken, willen we dat natuurlijk delen met de fans over de hele wereld, maar zij zijn niet onze prioriteit”, stelt hij duidelijk.
Alonso benadrukt: “Dat is niet onbeleefd bedoeld – we houden van onze fans – maar we rijden niet met de gedachte of ze zien hoe goed of slecht we rijden. Voor ons telt vooral de technische kant van de sport en de feedback van het team.” En niet zozeer wat de nieuwe generatie Formule 1-fans vindt van de recente media-aanpassingen van de raceserie…
