Ongelooflijke parallel rond Rene Rast: hoe de Spitzkehre in Hockenheim hem 19 jaar geleden op vergelijkbare wijze de titel kostte en wat er precies gebeurde in de Seat Cup
Wordt de haarspeldbocht in Hockenheim de noodlottige bocht voor Rene Rast? De Schubert-BMW-coureur, die drie weken geleden tijdens de DTM-finale in Hockenheim op deze plek in de eerste ronde het slachtoffer werd van een kettingreactie en een mogelijke vierde titel verloor, beleefde eerder in zijn carrière al een drama in het knelpunt. Ook toen kostte het incident hem de titel.
“Dit soort tegenslagen, dit soort dieptepunten zijn niet voor het eerst in mijn carrière voorgekomen. In 2006 verloren we de Seat Cup-titel precies in deze bocht”, verduidelijkt Rast. “In de laatste race werd ik ook uit de strijd gehaald.”
Maar wat was er toen gebeurd? Rast, die na zijn vertrek uit de formulessport in de Volkswagen-merkbekers voor zijn carrière vocht, startte in de laatste race op een opdrogende baan als leider in het kampioenschap vanaf de eerste rij.
Hoe de chaos in de haarspeldbocht Rast in 2006 de titel kostte
Maar toen ging – net als bij de DTM-finale in Hockenheim in 2025 – alles mis in de eerste ronde: Rast werd in de haarspeldbocht geraakt door titelverdediger Thomas Marschall, die op zijn beurt in botsing was gekomen met de Tsjech Erik Janis. Voor de teleurgestelde Rast was de race voorbij, omdat zijn bolide te zwaar beschadigd was.
De wedstrijdleiding wees Janis aan als veroorzaker van de crash, die vervolgens werd bestraft. De begunstigde was Florian Gruber, die als derde in het kampioenschap aan de race was begonnen en met een zesde plaats genoeg had voor de titel. Rast, die in totaal drie seizoensoverwinningen behaalde, kwam uiteindelijk op de tweede plaats drie punten tekort voor de titel.
Na deze tegenslag brak Rast door in de Porsche
In 2007 stapte Rast, die toen al met manager Dennis Rostek werkte, over naar de Porsche Carrera Cup Duitsland. In 2008 behaalde hij de titel in de gerenommeerde Porsche-merkbeker. Vooral in de Porsche Supercup maakte de coureur uit Minden tussen 2010 en 2012 naam met drie titels, ook al was de DTM voor hem nog ver weg en moest hij nog meer tegenslagen verwerken.
Rast spreekt van “tegenslagen, zoals al die DTM-selecties, die we nooit met succes hebben mogen afronden en waarbij we nooit een cockpit hebben gekregen”. Rast werd namelijk aanvankelijk door zowel BMW als Audi niet als talent erkend bij de zoektocht naar coureurs voor het DTM-team, voordat hij in 2016 door het blessureleed van Adrien Tambay op korte termijn zijn DTM-debuut maakte in Zandvoort.
In 2017 behaalde hij in zijn rookie-seizoen in de Audi zijn eerste DTM-titel – de rest is geschiedenis.
