Zal Mercedes-AMG in 2026 nog maar met één team aan de start verschijnen in de DTM? Wat heeft dat te maken met de Balance of Performance en waarom is de frustratie na de finale zo groot?
Blijft Mercedes-AMG met twee teams aan de start verschijnen in de DTM? Ook tijdens het eindejaarsfeest van AMG in Affalterbach op vrijdag was er geen duidelijk antwoord op de vraag hoe men zich voor 2026 zal opstellen. Daarvoor eist Mercedes-AMG-klantensportdirecteur Stefan Wendl na de bittere seizoensfinale in 2026 vooruitgang op het gebied van de Balance of Performance (BoP), die deelname met twee teams überhaupt rechtvaardigt.
“De DTM is voor ons erg belangrijk – en we hebben zeker nog een appeltje te schillen”, “We willen de gesprekken met de ADAC voeren en precies weten waarin we investeren. Want dit is een investering van ons en van elk afzonderlijk team.”
Mercedes-AMG was dit jaar in de DTM met Winward en Landgraf naast Lamborghini de enige fabrikant die meer dan één team ondersteunde, wat niet per se een voordeel is in de strijd om een betere klassering. Ook de teams concurreren namelijk met elkaar, waardoor bluffen moeilijker is.
“Andere strategieën bij BoP”: buigt AMG voor de DTM-trend?
Maar is het überhaupt het doel van de fabrikant om vier auto’s aan de start te brengen?
“Dat is precies de vraag waar we ons mee bezighouden”, antwoordt Wendl. “We hebben bewust voor deze constellatie gekozen. In tegenstelling tot de trend van de afgelopen jaren, waarbij bijna alle fabrikanten zich hebben teruggetrokken tot slechts één team.”
Bij Mercedes-AMG laat men de interne concurrentie toe, “omdat we denken dat de twee teams elkaar tot topprestaties aanzetten. Er is ook een andere variant, waarbij men dit expliciet vermijdt om misschien andere strategieën te kunnen toepassen bij de BoP. Maar dat was niet de manier waarop we tot nu toe aan motorsport hebben gedaan.“
Mercedes-AMG over titelbeslissing: ”Voelt slecht”
Dat zou echter kunnen veranderen, want bij Mercedes-AMG zit de steek na de seizoensfinale nog steeds diep. Landgraf-Mercedes-coureur Auer stond na twee overwinningen in de eerste twee raceweekends bijna het hele seizoen aan de leiding, maar werd vervolgens juist in de laatste race van het seizoen overtroffen door Manthey-Porsche-coureur Ayhancan Güven en eindigde met vier punten achterstand als tweede.
“Het voelt slecht, vooral als je aan het laatste race-evenement denkt”, zegt Wendl. “Als andere merken in staat zijn om twee, drie negatieve BoP-beslissingen tijdens een weekend nog steeds te compenseren met de snelste auto in de laatste race, wat wij zeker niet konden.”
Daarmee doelt hij mogelijk op het feit dat niet alleen de Schubert-BMW ijzersterk was, wat tot verwijten van Manthey leidde, maar ook Güvens Manthey-Porsche ondanks een tijdens het weekend met twee millimeter verkleinde restrictor en in totaal 20 kilogram meer ballast op zondag naar de overwinning en de snelste raceronde reed.
“We werden niet meer in het venster toegelaten”
Volgens Wendl heeft Mercedes-AMG in 2025 met beide teams “zeer sterk gepresteerd” en “voor de 16e keer de constructeurstitel behaald”, maar Auer heeft met het Landgraf-team “een perfect seizoen” neergezet, “zonder een noemenswaardige grote fout” te hebben gemaakt, maar werd toch geen kampioen.
“Maar vanaf de eerste kwalificatie op de Nürburgring zagen we een duidelijke terugval – en bij de laatste drie evenementen werden we naar onze mening niet meer toegelaten tot het venster dat ons in staat zou hebben gesteld om mee te strijden om de overwinning”, bekritiseert Wendl de BoP, die door de SRO Motorsports Group als dienstverlener voor de ADAC wordt opgesteld.
Mercedes-AMG eist duidelijke oplossingsstrategie voor betere BoP
Of hij een verklaring heeft voor de ongunstige ontwikkeling in de spannende fase van het kampioenschap? “Nee, die heb ik niet”, antwoordt Wendl. “Maar ik verwacht dat de ADAC dit in de winter in het kader van de fabrikanten-TWG’s en ook heel duidelijk presenteert hoe ze het volgend jaar beter willen doen.“
Hij is zich ervan bewust dat het opstellen van een correcte BoP, gezien de voortdurend veranderende omstandigheden tijdens een raceweekend, zeer complex is en dat men ”het nodige respect moet hebben voor wat ze presteren”. Toch eist hij “dat de BoP altijd zo goed mogelijk is, omdat dat ook de sportieve waarde van het kampioenschap bepaalt.”
Met het oog op volgend jaar wil men nu de resultaten afwachten en dan “zo snel mogelijk” een beslissing nemen over hoe men zich in de DTM gaat opstellen.




