Op 11 december 1981 probeerde Muhammad Ali voor de laatste keer aan te knopen bij zijn glorietijd – op bijna 40-jarige leeftijd al getekend door de eerste symptomen van Parkinson. Het ging volledig mis.
“Rumble in the Jungle”, “Thrilla in Manila”: De meest legendarische gevechten van Muhammad Ali zijn ook vele decennia later nog bij bijna iedereen bekend. Het “Drama in Bahama”, dat een einde maakte aan zijn grote carrière, is dat minder – en terecht.
Op 11 december 1981 – vandaag 44 jaar geleden – bood Ali in zijn laatste gevecht tegen Trevor Berbick in Nassau een triest gezicht: Zijn poging om op bijna 40-jarige leeftijd en met de eerste tekenen van de ziekte van Parkinson nog eens aan te knopen bij zijn beste tijden, eindigde in een fiasco.
Ali kon Berbick niet bijhouden
Dat de poging gedoemd was te mislukken, was al te voorzien na de vernederende nederlaag tegen Larry Holmes op 2 oktober 1980.
Ook tegen Berbick kwamen weemoedige herinneringen aan de grote Ali van weleer naar boven, want hij was geen echte tegenstander voor de Jamaicaan. In het gevecht van tien ronden had Ali nooit echt een kans en werd Berbick unaniem uitgeroepen tot winnaar op punten in het Queen Elizabeth Sports Center in Nassau.
Berbick, die in 2006 werd vermoord – later zelf wereldkampioen en onttroond door de jonge Mike Tyson – werd daarmee na Joe Frazier, Ken Norton, Leon Spinks en Holmes de vijfde verslaander van Ali in een professioneel gevecht.
Ziekte van Parkinson pas later bekend
Ali had weliswaar benadrukt dat hij fit was voor het gevecht, maar al in de eerste rondes bleek dat de “grootste” zijn hoogtepunt voorbij was. Hij miste snelheid en behendigheid. Af en toe probeerde hij nog wel, zoals in zijn glorietijd, te dansen en zijn tegenstander in verlegenheid te brengen met jabs vanaf halve afstand. Maar dat was niet meer genoeg.
Miljoenen fans over de hele wereld keken somber toe naar het laatste optreden van Ali.
De artsen hadden Ali, die in 2016 overleed, afgeraden om nogmaals te vechten. Zijn lange carrière en de vele klappen op zijn hoofd hadden hun sporen nagelaten. Zijn handen begonnen al te trillen, zijn uitspraak werd onduidelijk en zijn mompelen was een duidelijk teken van Parkinson.
Twee jaar na zijn laatste gevecht werd de ziekte van Muhammad Ali officieel bekendgemaakt.






