Badredine Bouanani heeft pas één doelpunt gemaakt voor VfB Stuttgart. Volgens trainer Hoeneß moet de Algerijn vaker in scoringsposities komen. Maar er is nog een ander probleem dat duidelijker in het oog springt.
De hoge kwaliteit van de selectie is momenteel een troef van VfB Stuttgart. Trainer Sebastian Hoeneß kan goed rouleren en de wisselspelers zorgen voor nieuwe impulsen. Dat geldt met name voor de aanvallers.
“Hij heeft een uitstekende afwerking, maar …”
Badredine Bouanani heeft zich daar tot nu toe goed staande gehouden. De 15 miljoen euro kostende nieuwkomer komt aan zijn speelminuten en heeft met 763 minuten aanzienlijk meer tijd op het veld doorgebracht dan bijvoorbeeld concurrent Chris Führich. In tegenstelling tot bijvoorbeeld Bilal El Khannouss wil de 20-jarige nog niet echt doorbreken.
Hoeneß heeft echter hoge verwachtingen van Bouanani: “Als hij de bal aan de voet heeft, zie je dat er dingen gebeuren. Hij kan heel wat met zijn linkervoet. Hij heeft een uitstekende afwerking, maar komt te weinig in deze situaties terecht.” Toch scoort Bouanani elke 34 minuten. Daarmee ligt hij slechts iets achter Tiago Tomas (elke 28 minuten) of Jamie Leweling (elke 33 minuten) en zelfs voor El Khannouss (elke 37 minuten) en Führich (elke 40 minuten).
De zwakste dribbel- en duelpercentages
Maar: wat betreft het aantal schoten op doel staat de linkspoot slechts op de vierde plaats in vergelijking met zijn concurrenten op die positie. Hij zorgt elke 69 minuten voor een schot op doel, alleen Tomas doet dat minder vaak (elke 103 minuten) – waarbij de Portugees vanwege de blessures van Ermedin Demirovic en de inmiddels weer herstelde Deniz Undav ook een paar keer als centrale spits moest spelen. Hij had dus in principe andere taken te vervullen dan op de tien of de aanvallende buitenbaan.
“Hij moet gewoon zorgen dat hij nog actiever is in zijn spel, nog meer acties krijgt door intensiteit, rennen zonder bal”, eist Hoeneß van de aanvallende speler die van OGC Nice is gehaald. En één aspect springt statistisch in het oog: Bouanani moet werken aan zijn doorzettingsvermogen. Van de profs die, ongeacht de specifieke basisopstelling, in aanmerking komen voor de rij achter de betreffende spits, heeft hij de zwakste dribbelstatistieken (24 procent gewonnen) en duelstatistieken (31 procent). Zowel Tiago (dribbelen 41/duels 54) als Leweling (48/44), Führich (50/48) en El Khannouss (53/44) doen het hier beter dan hij.




