Welke coureurs kregen in het MotoGP-seizoen 2025 een straf voor bandenspanning en wat is de minimale bandenspanning? Alle informatie kort uitgelegd
In 2025 wordt het systeem voor het controleren van de voorgeschreven minimale bandenspanning in de voorband al voor het derde jaar in de MotoGP gebruikt. Michelin reageerde hiermee op de toegenomen belasting van de voorband door ontwikkelingen op het gebied van aerodynamica en ride height-systemen.
Als de voorgeschreven bandenspanning niet wordt gehaald, neemt de mechanische grip kortstondig toe, vooral tijdens het remmen en in bochten. Maar de keerzijde is riskant: een te lage bandenspanning kan in extreme gevallen leiden tot structurele schade aan de band.
Precies hier komt de regel om de hoek kijken: de voorgeschreven minimale bandenspanning voor de voorband is standaard 1,80 bar. Afhankelijk van het circuit kunnen de ingenieurs van Michelin de minimumwaarde verhogen.
Elke MotoGP-motorfiets is uitgerust met gestandaardiseerde bandenspanningssensoren die gegevens in realtime registreren. De teams hebben geen mogelijkheid om deze meetsystemen te manipuleren of te omzeilen door middel van eigen kalibraties.
De wedstrijdleiding ontvangt de gegevens in realtime. Als er afwijkingen worden geconstateerd, worden de sensoren, de kalibratie en de gegevens na afloop van de race door de officials van de betreffende motorfiets gecontroleerd. Pas dan wordt eventueel een straf opgelegd.
De regel schrijft voor dat de minimale bandenspanning in de voorband tijdens de race gedurende een minimale periode moet worden aangehouden: 60 procent van de totale afstand in de hoofdrace, 30 procent in de sprint.
Voor de teams is dit een delicate evenwichtsoefening. Een coureur die vanaf de eerste rij start en vrij baan heeft, moet rekening houden met een hogere startdruk, omdat de warmte van een voorliggende motorfiets de druk in de band mogelijk niet verhoogt.
Omgekeerd kan een coureur die in het peloton rijdt met een lagere startdruk grotere risico’s nemen, maar moet hij ervoor zorgen dat de druk tijdens de race niet te lang onder de kritische drempel daalt en niet te sterk stijgt om prestatieproblemen te voorkomen.
Als een coureur te veel ronden onder de voorgeschreven minimumduur rijdt, worden er sinds 2024 tijdstraffen opgelegd: 16 seconden in de hoofdrace en 8 seconden in de sprint. Deze waarden zijn zo gekozen dat ze een significante invloed hebben op het race resultaat.




