Na drie nederlagen op rij maken de New York Knicks een indrukwekkende comeback. Tegen de tot nu toe ongeslagen Bulls overtuigt het team met een sterk driepuntpercentage, een hechte teamprestatie en een overtuigende Jalen Brunson.
De New York Knicks versloegen de Chicago Bulls met 128-116 en maakten daarmee een einde aan hun reeks van drie nederlagen op rij. Jalen Brunson was met 31 punten de uitblinker in Madison Square Garden, terwijl Karl-Anthony Towns met 20 punten en 15 rebounds opnieuw een double-double neerzette. Ook Josh Hart overtuigde met 14 punten en negen rebounds, terwijl de Knicks hun meest scorende wedstrijd van het seizoen tot nu toe speelden en een dreigende reeks van vier nederlagen voorkwamen. Chicago, dat als laatste ongeslagen team van de Eastern Conference was aangekomen, had verdedigend nauwelijks antwoord op de aanvallende kracht van New York. Vooral van buitenaf liep het goed bij de Knicks: 20 van de 42 driepunters (47,6 procent) vonden hun doel – alleen al in de eerste helft scoorde New York 13 van de 21 pogingen. In totaal scoorden zeven Knicks minstens twee driepunters, en ook de bank liet een duidelijke verbetering zien: na recentelijk slechts 18 punten per wedstrijd droegen de reservisten deze keer 46 punten bij.
Josh Giddey schitterde voor de Bulls met een triple-double van 23 punten, 12 assists en 12 rebounds, terwijl Nikola Vucevic met 17 punten en 14 rebounds ook een sterke double-double bijdroeg. Maar ondanks een solide aanvallende prestatie was het niet genoeg voor Chicago, dat voor het eerst dit seizoen verloor. De Knicks liepen in het derde kwart definitief weg toen ze 37 punten scoorden en hun voorsprong uitbouwden tot 16 punten. Het eindresultaat was een overtuigende thuisoverwinning, die het team waarschijnlijk zelfvertrouwen zal geven voor de komende wedstrijd tegen Washington.